donderdag 27 februari 2014

Zat Eénvandag in 2010 toch goed in de Marianne Vaatstra-zaak?

In 2010 zond Eénvandaag drie afleveringen uit over de mogelijke dader van de moord op Marianne Vaatstra in 1999, die tot op dat moment uit handen van politie en justitie had weten te blijven. Ondanks dat er in 2012 een dader is opgepakt en veroordeeld, Jasper S., zijn er mensen die daar tot op heden over twijfelen of het eindresultaat resoluut terzijde schuiven. Het artikel wat eerder op De Grijze Duif werd geplaatst, De onmogelijke bekentenis van Jasper S., is daar een duidelijk voorbeeld van. Volgens onderzoeker Wim Dankbaar van Recht is krom is het een absurd idee dat Jasper S. de dader zou zijn, en wijst alles erop dat hij onschuldig is. De daders (ja, dat is meervoud) zijn al jaren bekend: Feik Mustafa en Ali Hassan.

Ergens midden april zal een boek van zijn hand in samenwerking met J Hans Mauritz verschijnen met de titel: "Het Verboden Dagboek van Maaike Vaatstra". Het voorwoord, een voorproefje en de inhoud van het boek zijn inmiddels hier te bekijken. Ondanks wat hobbels op de weg is het boek gewoon te koop bij onder andere Bol.com. Maar als u tot koop over wilt gaan is het wellicht leuker om het rechtstreeks bij de heren zelf te bestellen. Naast de handtekeningen van beide auteurs heeft u dan ook de mogelijkheid een persoonlijke boodschap in het boek te laten zetten.

In het licht van dit aankomende boek wil ik graag terug kijken op een drietal uitzendingen van Eénvandaag. Het geeft duidelijk weer dat politie en justitie reeds vanaf het begin het AZC had uitgesloten om de daders te zoeken. In de uitzendingen noemt een politie psycholoog het "tunnelvisie" en "paniekvoetbal". Persofficier van de politie Henk Mous stelt dat ze wel degelijk naar de juiste Ali Hassan hebben gezocht toen daar aanleiding voor was. Dat de juiste Ali in Turkije is aangehouden en op basis van DNA is uitgesloten als dader. Niet alleen onhoudbaar volgens Dankbaar, maar ook volgens Eénvandaag!

Dankbaar stelt in mijn ogen terecht dat ook Mous zelf weet dat hij nonsens verkoopt, want hij weet wie de juiste Ali Hassan is. Hij weet niet alleen wie Ali is, hij weet ook wie hem het land uit heeft gesluisd en hem verborgen heeft gehouden voor het gerecht. Hierdoor kun je zeggen dat Mous zich medeschuldig maakt aan obstructie van het onderzoek, het oplossen van de moord op Marianne Vaatstra. Dat is crimineel gedrag waar volgens Dankbaar niet alleen Mous zich schuldig aan maakt, maar velen met hem. Dit wordt uitgebreid toegelicht en onweerlegbaar onderbouwd in het aanstaande boek.

Hier een quote uit de transcriptie. De ultieme uitglijder van Mous, uit het tweede deel van Eénvandaag. Op pijnlijke wijze is zien hoe Mous zichzelf volledig klem praat en een schandalige wanprestatie levert op nationale televisie. Waarop de voiceover vraagt:

"Snapt u het nog?" (Eénvandaag 2010)

Nu volgt als eerste de 3 uitzendingen direct gelinkt vanaf Eénvandaag. Daarna volgen de Youtube versies met daarbij een volledige transcriptie van de uitzendingen, met grote dank aan Recht is krom:
Complimenten aan Eén Vandaag: al vier jaar geleden héél dichtbij….

Eénvandaag:
Justitie verwart verdachten in moordzaak Vaatstra
(05-03-2010)
sitestat

Justitie heeft in het onderzoek naar de onopgeloste moord op Marianne Vaatstra een verkeerde verdachte opgepakt en daarmee de mogelijke dader laten lopen. Dat blijkt uit onderzoek van het televisieprogramma EenVandaag. Meerdere getuigen zeggen dat de verdachte die justitie in 1999 op basis van hun verklaringen aanhield, niet de persoon is die zij bedoelden. Het OM houdt echter tot op de dag van vandaag vol wel de persoon te hebben aangehouden die door getuigen was beschreven, maar dat die onschuldig is omdat zijn DNA niet overeenkomt met dat van de dader.
 
De zestienjarige Marianne Vaatstra werd in de ochtend van 1 mei 1999 dood gevonden in een weiland in het Friese Veenklooster. Ze was verkracht, gewurgd en haar keel was doorgesneden. Juist dat laatste aspect deed velen in de omgeving er van overtuigen dat de dader gezocht moest worden in het nabijgelegen asielzoekerscentrum (AZC) in Kollum. Die gedachte werd versterkt toen bleek dat er in de nacht van de moord een asielzoeker uit het AZC was verdwenen. Het ging om een Ali, de vriend van de man die Marianne twee weken voor haar dood in een discotheek had bedreigd met een keeldoorsnijdend gebaar. De portier van die discotheek verklaart in EénVandaag dat Ali bij die bedreiging was en omschrijft hem als een ‘kleine gezette man’.

Heel andere Ali
Ook andere getuigen die Ali kenden, waaronder oud personeel van het AZC dat nu voor het eerst met de media praat, omschrijven hem als een kleine dikkere man. Op basis van hun verklaringen over Ali en zijn plotselinge verdwijning na de moord hield de politie in oktober 1999 een Ali H. in Turkije aan. Na DNA onderzoek werd hij vrijgelaten omdat zijn DNA niet overeenkwam met het DNA van de dader. Kort na zijn vrijlating gaf de in Turkije aangehouden Ali H. een interview aan de televisiezender SBS. Voor veel getuigen een grote schrik want de man die was aangehouden bleek een heel andere Ali te zijn dan de Ali die zij bedoelden. De aangehouden Ali was veel langer en slanker dan de Ali waarover zij bij de politie verklaringen hadden afgelegd. Diverse personeelsleden van het AZC, waaronder een leidinggevende, stellen bovendien in EénVandaag de aangehouden Ali H. uit Turkije helemaal niet te kennen en nooit te hebben gezien in het AZC Kollum.

Nieuw onderzoek
Verschillende getuigen hebben dit destijds meteen bij de politie gemeld maar voelen zich tot op heden niet serieus genomen. Het Openbaar Ministerie houdt vol de juiste persoon te hebben aangehouden. “Wij hebben op dit moment geen aanleiding om te vermoeden dat het niet de juiste Ali zou zijn”, aldus persofficier Henk Mous. Toch houdt het OM naar aanleiding van de uitzending het ‘Ali-verhaal’ tegen het licht in een nieuw onderzoek. “We zijn bezig om dit voor eens en altijd duidelijk te krijgen”, zegt Mous. Over de verklaringen van getuigen in EénVandaag (negen in totaal) dat justitie een andere man heeft aangehouden dan de man waar zij over verklaarden zegt de persofficier: “Ik zie dit als een tip, bepaalde informatie die nagelopen dient te worden en daar zijn we nu mee bezig”.


'Tunnelvisie in onderzoek moord Vaatstra'
(06-03-2010)

sitestat

Er is sprake van tunnelvisie en paniekvoetbal in het onderzoek naar de moord op Marianne Vaatstra. Dat zegt voormalig politiepsycholoog Harrie Timmerman vanavond in het televisieprogramma EénVandaag. Hij reageert hiermee op het verhaal van diverse getuigen over een cruciale fout van het Openbaar Ministerie waardoor de mogelijke dader nooit is opgespoord. Volgens Timmerman is “de informatie die het OM en de politie geeft onbetrouwbaar”. Timmerman legde eerder al de onderzoeksblunders bloot in de Schiedammer parkmoord.
 
De zestienjarige Marianne Vaatstra werd in de ochtend van 1 mei 1999 dood gevonden in een weiland in het Friese Veenklooster. Ze was verkracht, gewurgd en haar keel was doorgesneden.

Verkeerde Ali
Diverse getuigen verklaarden dat er in de nacht van de moord een kleine dikke Ali spoorloos was verdwenen uit het nabijgelegen asielzoekerscentrum (AZC) in Kollum. Deze Ali had bovendien Marianne twee weken daarvoor samen met een vriend bedreigd met een keeldoorsijdende beweging. Justitie hield een half jaar na de moord een lange slanke Ali aan en stelt dat dit de man is waar getuigen over hadden. De getuigen meldden de politie echter meteen dat deze man niet de Ali was waarover zij hadden verklaard, omdat die klein en dik was. Ook liet personeel van het AZC Kollum gisteren in EénVandaag weten de aangehouden man nooit te hebben gezien en niet te kennen van het AZC.

Onbetrouwbaar
Justitie laat weten het verhaal te onderzoeken, maar tot op heden geen twijfels te hebben of de juiste verdachte destijds is aangehouden. Timmerman vindt dit onbegrijpelijk. “Dat is geen goede insteek. Men is zo overtuigd van het eigen gelijk dat wanneer het tegendeel zou worden aangetoond, men helemaal verstart en een houding heeft van ‘het kan niet’ en ‘het is onmogelijk’. En dan worden allerlei redeneringen daarvoor bedacht.” Volgens Timmerman moet de informatie van het OM dan nu ook niet zonder meer geloofd worden. “Wanneer er kritiek komt van buiten dan heb je dus die paniekreactie en dan geeft men allerlei onbetrouwbare informatie”.


Afkomst dader zaak Vaatstra ter discussie
(08-03-2010)

sitestat

De analyse van justitie dat de moordenaar van Marianne Vaatstra op basis van DNA-onderzoek een blanke West-Europeaan moet zijn, is onterecht. Dat stellen deskundigen in EénVandaag. Over de etnische afkomst van de dader is veel te doen geweest omdat de lokale bevolking de dader zocht in het nabijgelegen asielzoekerscentrum. Justitie nam de onrust weg door te melden dat de dader een blanke West-Europese man was.

De zestienjarige Marianne Vaatstra werd in de ochtend van 1 mei 1999 dood gevonden in een weiland in het Friese Veenklooster. Ze was verkracht, gewurgd en haar keel was doorgesneden. Op haar lichaam aangetroffen DNA-dadersporen werden onderzocht op etnische afkomst door het Nederlands Forensisch Instituut. Op basis van dat onderzoek bracht het OM naar buiten dat de dader een blanke West Europese man was. Veel te kort door de bocht menen deskundigen. En ook het NFI zelf maakt belangrijke nuances.

Onverstandig
“Nationaliteit, waar iemand vandaan komt en hun genentype, het loopt allemaal door elkaar heen”, aldus hoogleraar rechtspsychologie Peter van Koppen. “In recherchetechnisch opzicht kun je hier niet je onderzoek door laten leiden, heel onverstandig”. Ook het NFI zelf brengt belangrijke nuances aan; “Er moet altijd rekening worden gehouden met de mogelijkheid dat iemand met een West-Europees DNA profiel niet persé geboren hoeft te zijn in West Europa. Ook hoeft diegene niet persé bank te zijn” laat het NFI weten aan Eénvandaag. Ook rechtsfilosoof Ton Derksen zet vraagtekens: “Men gaat er vanuit dat asielzoekers geen West-Europese genen zouden hebben. Dat is een vooronderstelling die niet blijkt te kloppen”.

Nieuw onderzoek
Het is niet de eerste kritiek op het onderzoek naar de moord op Marianne Vaatstra. Afgelopen vrijdag stelden meerdere getuigen in EénVandaag dat justitie een andere man heeft opgepakt dan de verdachte waar zij over hebben verklaard. Tot hun frustratie wil justitie echter niet naar hen luisteren. Op dit moment kijkt er een cold case team van de Politie Friesland naar de zaak. Peter van Koppen heeft hier weinig vertrouwen in; “Twee mannen die in hun vrije tijd af en toe naar deze zaak kijken, dat wordt in Friesland een coldcase team genoemd, wij in het westen noemen dat geen coldcase team.” Ton Derksen wil dat er een nieuw onderzoek komt door een nieuw team; “Een oud team is levensgevaarlijk omdat die bij hun oude denkbeelden blijven. Dat is niet iets wat je ze kwalijk kunt nemen maar dat gebeurt gewoon. Een nieuw team is nodig omdat die fris naar de zaak blijft kijken.”


Recht is krom:
Na verschijning van Het verboden dagboek van Maaike Vaatstra zullen de uitzendingen van Eén Vandaag van maart 2010, bijna vier jaar geleden, al dan niet middels een compilatie, ongetwijfeld herhaald worden. De commentaren en duidingen van de beide auteurs van ‘Het verboden dagboek van Maaike Vaatstra’ zijn cursief gedrukt.

Eerste uitzending van  5 maart 2010:



Presentator: Justitie heeft geblunderd in het onderzoek naar de moord op Marianne Vaatstra. De politie is een half jaar na de moord achter de verkeerde verdachte aangegaan. En hierdoor is een veel serieuzere verdachte buiten schot gebleven. Dat verklaren verschillende getuigen tegenover Eénvandaag.

Maaike Terpstra: Hoe lang heeft het geduurd? Je blijft met zo vreselijk veel vragen zitten. Maar ze zijn er elke dag….elk moment.

Voice Over (VO): Maaike Terpstra en Bauke Vaatstra. Elf jaar geleden werd hun dochter vermoord. Tot op de dag van vandaag strijden ze voor het vinden van de moordenaar die volgens hen nooit gevonden mocht worden. Twee weken voor de moord werd Marianne in een plaatselijke kroeg bedreigd door twee asielzoekers, Ali en Feik. Ze maken keeldoorsnijdende gebaren. Voor de omgeving is het duidelijk waar de daders gezocht moeten worden. En toch wordt er niet meteen zichtbaar onderzoek gedaan.

Inderdaad niet zichtbaar werden Ali en Feik meteen door justitie weggesluisd. Ali via het grenshospitium Amsterdam naar Noorwegen en Feik naar het AZC Musselkanaal.

Officier van Justitie Roelof de Graaf: Wij hebben voortdurend tegen een bepaalde beeldvorming moeten vechten. En dat is dat de dader een asielzoeker was. En misschien is het zo, misschien is het niet zo. We weten het niet. We weten het pas op het moment dat hij is aangehouden en is veroordeeld.

Een Freudiaanse verspreking van De Graaf die de ware insteek van justitie toont. Want waarom zou je “moeten vechten” tegen de beeldvorming dat de daders asielzoekers zijn? Bovendien had justitie zelf aan die beeldvorming bijgedragen door een internationaal opsporingsbevel naar Ali Hassan uit te vaardigen.  

Maaike Terpstra: “Er zijn rechercheurs uit het onderzoek die gezegd hebben: Wij wisten ook wel welke kant we op moesten, maar we mochten niet van hogerhand”.

Dat geeft de ware insteek van justitie nog maar eens weer: ‘Hogerhand’ wist wie de daders waren maar dat mocht voor geen enkele prijs naar buiten komen.

Roelof de Graaf: Los van de personen die interessant zijn geweest op het asielzoekerscentrum, zijn er geen aanwijzingen geweest dat de dader daar gezocht moest worden.

Schaamteloze en keiharde leugen van De Graaf. De als agressief bekend staande Ali Hassan had Marianne met een keeldoorsnijdend gebaar bedreigd, was na de moord niet teruggekeerd op het AZC en werd later door Justitie internationaal gesignaleerd. Hoezo geen aanwijzingen?  

VO: Onbegrijpelijk voor de dorpsbewoners. Het leidt tot een eiergooi-incident in Kollum. De storm van kritiek op de handelwijze van justitie neemt toe. Diverse rechercheteams, grootschalig DNA onderzoek dat tot niets leidt en aanwijzingen die niet goed onderzocht zouden zijn. En dan de zoektocht naar de asielzoekers die Marianne bedreigden. En dit zou wel eens het onderzoekspunt kunnen zijn waar justitie faliekant de fout in is gegaan.

Presentator: Ja, volgens meerder cruciale getuigen die na elf jaar hun stilzwijgen doorbreken, is het vanaf dat moment misgegaan. De politie concentreerde zich simpelweg op de verkeerde verdachte.

De getuigen doorbreken hun stilzwijgen niet, zij hebben vanaf het begin alles gemeld aan justitie. De juiste stelling is dat justitie deze getuigen stil gezwegen heeft.

VO: Het voormalige asielzoekerscentrum De Poelplaats in Kollum ligt er nu verlaten bij. Hier zaten de asielzoekers Ali Hassan en Feik Mustafa.

Interviewer: Kende je ze goed?

Woordvoerder: Redelijk. Van het sporten. Ze werden opgehaald voor het voetbal.
VO: Oud beveiliger ‘Rob’  spreekt hier namens vier andere medewerkers van het voormalige AZC in Kollum. Hij vertelt over asielzoekers Ali en Feik. De Ringo bar in Kollum. Hier bedreigde het tweetal Marianne Vaatstra vlak voor haar dood met keeldoorsnijdende gebaren. Oud portier Bertus was erbij.

Bertus: Op gegeven moment staan er twee AZC’ers Marianne te bedreigen met een keeldoorsnijdend gebaar. Ik zag dat, ik heb gelijk de buitendeur dichtgedaan en ben naar die AZC’ers toegelopen en heb gevraagd: Wat is het probleem?

VO: Na de moord werd van Feik DNA afgenomen, wat hem uitsloot als dader. Ali Hassan verdween volgens de beveiligers spoorloos en keert nooit meer terug naar het AZC. De verklaring van een oud minister van justitie luidt als volgt: “Twee beveiligingsbeambten van het AZC in Kollum hebben verklaard dat in de nacht van 30 april op 1 mei 1999 een groep bewoners het terrein verliet. Toen de groep tussen 3:30 en 4:00 uur terugkwam was Ali H. niet aanwezig. Onder andere op grond van de verklaringen van deze beveiligingsbeambten werd H. als verdachte in de zaak Vaatstra aangemerkt.” Reden voor justitie dus om Ali Hassan op te sporen. Tot zover een logisch verhaal. Na acht weken speuren vinden ze Ali Hassan, in Turkije. Ali wordt in de boeien geslagen, terwijl justitie eigenlijk dan al weet dat hij de dader niet kan zijn.

Dat DNA afname iemand al dan niet uitsluit als dader, is het begin van de hersenspoeling van het publiek. Elke sukkel begrijpt dat als Feik Marianne niet verkracht heeft, maar bijvoorbeeld zijn vriend Ali, hij even goed Marianne de keel kan doorgesneden hebben. En andersom natuurlijk. Deze ‘truc’ is door justitie oneindig vaak herhaald. Matchte het DNA van een verdachte niet met het DNA van het sperma dan was hij niet de dader.

Officier van Justitie Roelof de Graaf: Wij hebben tijdens het onderzoek ook gehoord dat hij tijdens de moord en de week voorafgaand aan de moord niet in Friesland was. Dus voor ons werd hij steeds minder interessant. Zoals gezegd, door de media was hij gebombardeerd tot hoofdverdachte, als dader, en ik heb die druk als zodanig aangevoeld dat ik niet meer kon zeggen: Hij is voor mij niet meer interessant en we laten hem lopen.

Logisch dat hij niet interessant was. Het was immers niet de Ali die de vriend van Feik was en direct  door justitie naar Noorwegen is gesmokkeld.

Interviewer: Dus u heeft zich laten leiden door de publieke opinie?

De Graaf: Ja, ik ben nu heel eerlijk, en ik zeg dat nu ook voor het eerst, maar dat is wat er gebeurd is.
VO: De Graaf wordt na de uitzending door het ministerie van justitie op het matje geroepen en neemt zijn uitspraken terug. Na DNA onderzoek blijkt dat Ali Hassan, opgespoord in Turkije, inderdaad niet de dader is. Hij zou niet eens in Kollum zijn geweest tijdens de moord. Hij verschijnt in een uitzending van SBS6.

Ali Hassan in SBS6 uitzending: Ik wil het weten! Wie heeft me dit in de schoenen geschoven en waarom? Ik ga een claim indienen. Ik wil mijn recht!

VO: Naar buiten toe wordt door justitie gesteld dat Ali Hassan niet betrokken is bij de moord op Marianne Vaatstra. En dat klopt! Althans niet deze Ali Hassan! Wanneer beveiligers van het AZC Kollum de uitzending zien, zijn ze met stomheid geslagen. Want over één ding zijn ze het eens.
Woordvoerder Rob: De Ali op de TV opname van SBS6, dat is niet de Ali die wij kennen van Kollum!

VO: Maar hoe kan dat? Deze beveiligingsbeambten hadden immers zelf verklaard dat het Ali Hassan was die niet terugkeerde naar het AZC. Bij navraag blijkt dat ze een andere Ali bedoelden.
Rob: Nou de Ali vans SBS6 is wel 1.85 -1.90 m, een lang postuur. Maar het is niet de Ali die wij kennen van Kollum.

Interviewer: In Turkije werd gezegd: Hij was niet in Nederland ten tijde van de moord?
Rob: Nou, dat geloof ik.

Interviewer: Maar de Ali die jullie kenden?

Rob: Die was wel in Kollum. Eén van de beveiligers heeft zijn hand nog opgestoken toen Ali wegreed op de fiets met een groepje asielzoekers.

VO: Een goede vriendin van Marianne verklaart het volgende: “Ali was klein en gezet. Ik ben hem op 30 april ‘s middags nog tegengekomen in het centrum van Kollum.” Ook zij ziet de uitzending van SBS6 gezien en verklaart: “Justitie heeft een andere Ali in Turkije opgepakt. Toen ik het interview met SBS zag, wist ik het meteen.”

Ook Bertus, de portier die bij de bedreiging van Marianne was, beschrijft een andere Ali: “Ja, een beetje pafferig, ik schat 1.50-1.60m.” Ook een vrijwilligster uit het AZC Kollum, die hielp bij de kinderopvang, kende Ali Hassan en omschrijft hem als volgt: “Ali was een kleine dikke man. Hij was onverzorgd en droeg vieze kleding.  Hij sprak slecht Nederlands en Engels. Als hem iets niet aanstond, maakte hij dat op een agressieve manier duidelijk.” Uit verklaringen van oud beveiligers en diverse getuigen mogen we dus concluderen dat het hier om twee verschillende Ali Hassans gaat.

Volgens justitie zou ook de Ali uit Turkije in het AZC van Kollum hebben gezeten, maar een anonieme bron vanuit de leiding van het AZC laat ons weten: “Niemand van de medewerkers herkent de door justitie aangehouden Ali. Volgens de medewerkers heeft hij niet in het centrum gewoond.” Afgaande op verklaringen van oud beveiligers en diverse getuigen kunnen we niet anders concluderen  dat justitie achter de verkeerde Ali is aangegaan. En de Ali die wel in Kollum was ten tijde van de moord is vooralsnog spoorloos.

Interviewer stelt vragen aan persofficier Henk Mous: Als we kijken naar het hele onderzoek, is justitie er dan vanuit gegaan dat er wel eens twee Ali’s zouden kunnen zijn?

Henk Mous: Uuh, Justitie heeft zich steeds op het standpunt gesteld dat er een Ali was waarvan gezegd werd dat die niet teruggekeerd zou zijn op het AZC op de avond voorafgaand aan de moord. Ali Hassan. Daar is vervolgens een heel onderzoek op ingesteld, wat uiteindelijk heeft geleid tot de aanhouding van die Ali in Turkije.

VO: Volgens eigen zeggen hebben de oud beveiligers meerdere malen melding gemaakt van het feit dat de gearresteerde Ali in Turkije niet de Ali was die zij kenden van het asielzoekerscentrum in Kollum.

Interviewer: Wat voor dingen hebben jullie aangegeven?

Woordvoerder Rob: Meerdere jongens zijn bij justitie geweest om het verhaal nog een keer te vertellen.Maar het eerste wat gezegd werd was: Hoe ben  je hier, op de fiets? Nou, ga dan eerst maar eens je DNA afstaan. Je kan het net zo goed zelf gedaan hebben!

Dis is tekenend en symptomatisch voor de behandeling van getuigen die met voor justitie onwelgevallige informatie komen.

VO: Voor de vader van Marianne is wat de oud beveiligers nu naar buiten brengen niet nieuw. Volgens hem is er sprake van tunnelvisie waardoor er nooit serieus onderzoek is gedaan naar een tweede Ali.

Bauke Vaatstra: Het was algemeen bekend, maar ze hebben het altijd ontkend bij het Openbaar Ministerie. Ze wisten direct dat al dat het niet de goede was. Maar tot nu toe houden ze nog altijd vol: we hebben de goeie gehad!



Henk Mous: Als het zo zou zijn, en wij hebben op dit moment geen reden om daaraan te twijfelen, dat er nog een tweede Ali zou zijn, en dat er ook niet van de juiste Ali vingerafdrukken en DNA is  afgenomen, dan gaan we daarmee aan de slag.

Interviewer: Nu zijn er beveiligers die hebben dit al veel eerder gemeld en die zeggen: Wij zijn nooit serieus genomen. Er is een andere getuige die ook al vaker heeft gezegd: De Ali van de uitzending van SBS6 is niet de Ali die wij kenden. Want dat was een klein mannetje van 1.60 m. Waarom is daar nooit eerder iets mee gedaan? En waarom gaat justitie nu pas de mogelijkheid onderzoeken of er geen tweede Ali kan zijn?

Henk Mous: Ja, daar kan ik nu niet gelijk een antwoord op geven. Ik weet in ieder geval dat deze verhalen vaker naar boven zijn gekomen.

Interviewer: Waarom is het niet eerder onderzocht?

Henk Mous: Uhm, ja, dat durf ik niet aan te geven, kan ik niet aangeven. Ik weet ook niet wanneer ze het precies aangegeven hebben en in hoeverre de informatie die ze aangegeven hebben al niet eerder uitgezocht is.



Woordvoerder Rob: Ja, die frustratie is al van jaren terug natuurlijk. Voor mij is het minder belangrijk. Ik zit hier alleen om nog een keer aan te geven wat er gebeurd zou kunnen zijn. In principe voor de moeder van Marianne. Want daar is het natuurlijk belangrijk voor dat het nog een keer opgelost kan worden.

Bauke Vaatstra: Ik zal niet zeggen dat hij de moordenaar is, dat weten we niet, maar dat ze er nooit meer ingestoken hebben dan tot nu toe, dat vind ik ergerlijk.

Tweede uitzending van  6 maart 2010:



Presentator: Vanavond in onze uitzending Marianne Vaatstra: Rechercheurs hadden tunnelvisie waardoor een belangrijke verdachte kon ontkomen. De verdachte waar de getuigen het over hebben zou overigens in een Noorse cel hebben vastgezeten. Dat zegt een Nederlander die daar zijn cel met hem heeft gedeeld.

Tunnelvisie is verre van het juiste woord. Hier is sprake van pure misdrijven, gepleegd door justitie zelf.

Interviewer: Gerrit, jij zat in Noorwegen vast. Waarom?

Gerrit Veldman: Voor hasjsmokkel. Daar ben ik gepakt in maart 1997. Daar heb ik gezeten tot 2000.
VO: We schrijven juli 1999. Gerrit Veldman zit dan twee jaar vast in Noorwegen en krijgt in de cel naast hem een nieuwe buurman: Ene Ali.

Gerrit Veldman: Het was een Irakees. Zijn moeder was Irakees en hij beweerde dat zijn vader een Amerikaan was, een hoge officier in het leger. Dat is wat hij mij vertelde. Hij wist dus niet dat ik een Hollander was. Maar op een gegeven momnet vroeg hij dus: Kom je uit Noorwegen? Nee, ik kom uit Holland. Daar schrok hij van. En toen werd hij ook een beetje terughoudend. Ik vroeg: Wat heb je gedaan in Holland? Maar dat ging allemaal gebrekkig, want Engels spreken kon hij zowat niet.
VO: De nieuwe gevangene ontloopt hem, maar zoekt later toch weer contact.

Gerrit Veldman: Op een gegeven moment komt hij met een zakagenda aan en liet hij mij adressen zien. Plaatsen waar ik nog nooit van gehoord had: Kollum en Zwaagwesteinde.

VO: In de gevangenis krijgt Gerrit regelmatig bezoek van Rode Kruis medewerker Anton Holleboom die al 20 jaar in Noorwegen woont en met wie hij nog regelmatig via Skype contact heeft.

Gerrit: Ik kreeg daar af en toe een krant en daar stond het verhaal in van Marianne Vaatstra. En ik kreeg van die man zo’n rare smaak in mijn mond dat ik tegen Holleboom zei: Holleboom, ik krijg het idee dat hij daarmee te maken heeft. Ik heb aan die Irakees gevraagd waarvoor hij zat. Daar draaide hij omheen. Ik zeg: Je hebt toch wel een papier gehad? Nou, in ieder geval kwam hij met die dagvaarding aan. Hij denkt: Die kan jij toch niet lezen. Die dagvaarding was in het Noors. Maar op dat moment was Holleboom bij me.. Dus ik zeg tegen Holleboom: Alsjeblieft, wat staat daar?

VO: Op de dagvaarding was volgens Holleboom te lezen dat Ali op 5 mei Noorwegen was binnengekomen. Maar dat was nog niet alles.

Anton Holleboom: In de dagvaarding stond dat hij auto’s had vernield, in de stad Arndal in het centrum en ook dat hij een vrouw had bedreigd met een mes, op zo’n manier dat hij een beweging maakte naar de keel van die vrouw.

Gerrit Veldman: Ik denk dat hij zo’n 1.60 m was. Pafferig, onverzorgd. Het leek wel of het mannetje ook niet goed bij zijn hoofd was. Die indruk kreeg ik van hem.

VO: Gerrit zag pas onlangs de uitzending van SBS6. Hij nam contact op met de journaliste die de Ali uit Turkije had geïnterviewd.

Gerrit Veldman:  Ze zegt: Wat wilt u weten? Ik zeg: Hoe groot is die man? Ze zegt: 1.90 m ongeveer. Toen zei ik: 1.90 m? Maar die bij mij gezeten heeft is 1.60 m.Toen was ze ook heel verbaasd. Ze zei: Dit kan niet! Ik wil weten wie er bij jou gezeten heeft. Ik zei: Ja, dat begrijp ik.

Anton Holleboom: Ik durf mijn hand in het vuur te steken dat deze man niet 1.80 of 1.90 was, want hij was veel kleiner dan ik. Ik keek naar beneden, hij kwam nog niet verder dan mijn schouder. En ik ben 1.80.

Henk Mous: Het verhaal van Veldman die het erover had dat naast hem iemand zat in de cel die zou lijken op de Ali H., dat hebben wij kunnen verifiëren. Dat hebben wij kunnen nagaan dat dat niet Ali H. is. We weten ook wie het wel was en we weten ook voor 100% zeker dat op de dag van de moord op Marianne, die persoon vastzat in de Noorse cel.

Hoe is dat mogelijk als op de dagvaarding stond dat hij op 5 mei Noorwegen binnenkwam? De moord op Marianne was op 1 mei. Weer een leugenachtige bewering van Mous die op geen enkele wijze gestaafd wordt.  



VO: Maar de vraag rijst of dit werkelijk zo is en of er nu echt naar de goede persoon is gerechercheerd. Volgens Rode Kruis medewerker Anton Holleboom was op de dagvaarding van de Irakees immers te lezen dat de man op 5 mei Noorwegen binnen kwam. Dat is vijf dagen na de moord op Marianne.

Henk Mous: Ik weet niet waar hij dat op baseert, over welke man hij het dan heeft.

Interviewer: Op de Irakees die in de cel zat naast Gerrit Veldman.

Henk Mous: Ja nou, dat zou dus heel goed kunnen omdat het niet die Ali H. is. En ik denk dat op de dagvaarding ook niet gestaan zal hebben dat hij op 5 mei het land is binnengekomen, want in een dagvaarding staat meestal wanneer het uitgereikt is of wanneer het strafbare feit is begaan.

Afleidend geklets van Mous. Op een dagvaarding kan heel goed staan wanneer een verdachte het land is binnengekomen. Bovendien beschreef het document ook de gepleegde strafbare feiten precies zoals een dagvaarding dat ook doet. De vraag of het nu een dagvaarding was of een andersoortig document doet ook helemaal niet ter zake. Let vooral op de gezichtsuitdrukking van Mous. Hij heeft het niet breed. Zit er echt mee omhoog en maakt zich duidelijk zorgen: hoe lul en lieg ik me hier uit.

Interviewer: Maar als het gaat om de datum waarop een strafbaar feit is begaan, had hij dus nooit vast kunnen zitten.

Henk Mous: Hij had op het moment van de moord op Marianne zeker wel vast kunnen zitten, het zou alleen kunnen betekenen dat hij daarna wederom een strafbaar feit heeft gepleegd.
Interviewer: Hebben jullie van die man DNA afgenomen?

Henk Mous: Nee, maar daar is ook geen enkele aanleiding voor om daar verder op door te gaan.
Let op! Straks wordt duidelijk dat Mous eerder beweerd heeft dat van deze man wél DNA is afgenomen. Eén van beide beweringen moet dus een glaszuivere leugen zijn. Waarom, meneer Mous. Waarom?

VO: En dat is vreemd! In een uitzending van vijf weken geleden reageert het OM op een artikel waarin verwezen wordt naar de man die naast Gerrit Veldman in de Noorse cel zat. En stelt Mous dat er van deze man wél DNA is afgenomen.

Henk Mous in de betreffende uitzending van 5 weken geleden: De Ali die genoemd wordt in het artikel waarin verwezen wordt naar de getuige Veldman, waarin hij ook Ali noemt, die persoon Ali hebben wij al als verdachte uitgesloten middels DNA.

Let op! Mous bevestigt dus dat de man in de Noorse cel Ali heette. Precies zoals de destijds gezochte hoofdverdachte.

Interviewer: Op 23 januari van dit jaar heeft u voor GPTV verklaard dat de Ali van getuige Veldman uitgesloten was op basis van DNA onderzoek. Hoe kan dat dan?
Henk Mous: Ja, omdat de Ali H. waar hij op doelt, dat is uiteindelijk de Ali H. die in Turkije is aangetroffen.

Interviewer: Maar u zegt dus in die uitzending: De Ali van getuige Veldman. Dan bedoelt u dus de man die in de Noorse cel zat?

Henk Mous: Nee, dat bedoel ik niet, dat bedoelt de getuige Veldman! De getuige Veldman bedoelt: Dat is mogelijk de Ali H. die ik gezien heb! Die Ali H. hebben wij middels DNA uitgesloten in Turkije.

VO: Aha! Dus volgens het OM is de Ali H. die justitie arresteerde in Turkije, een man van 1.90, dezelfde man als die Noorwegen in de cel zat met een lengte van 1.60. En net hoorde we van de persofficier dat de man die bij Gerrit Veldman in de cel zat geen Ali H. heet en een totaal en een totaal andere persoon is dan degene die ze in Turkije hebben aangehouden. Snapt u het nog?

Wat wij snappen is dat Mous zich hier gigantisch klem lult. Verstrikt raakt in zijn eigen web van leugens. De in oktober ’99 opgepakte man in Turkije zou volgens Mous dezelfde man zijn die twee maanden eerder bij Gerrit in de Noorse cel zat. Duh? Terwijl Mous eerder nog beweerde dat dit niet de gezochte Ali H. was en tijdens de moord op Marianne vastzat. Maar is deze kleine Noorse Ali dezelfde man geworden als de lange Turkse Ali, die niet vastzat tijdens de moord op Marianne. In de sprookjeswereld van Mous is alles mogelijk.  

Let wel: Gerrit Veldman heeft later zijn celgenoot Ali herkend op de foto van de echte Ali, de Ali die op zaterdag 1 mei 1999 niet meer is teruggekomen in het AZC en dus niet de Ali die door SBS6 (lees: het OM) als de echte Ali werd opgevoerd. Die nep-Ali heeft niet bij Gerrit in Noorwegen in een cel gezeten. 

Interviewer vraagt aan politiepsycholoog Harrie Timmerman: Nu zijn er van het OM de afgelopen maand veel tegenstrijdige verklaringen gekomen. Het ene moment zeggen ze dit, het ander moment zeggen ze dat. Wat zegt dat?

Harrie Timmerman: Nou, dat noemen we paniekvoetbal. Men is zo overtuigd van het eigen gelijk dat wanneer zou wordt aangetoond dat dat niet zo is, dat men helemaal verstard en dan worden allerlei redeneringen bedacht waarom dat dan zo zou zijn.

Lees leugens in plaats van redeneringen.

Interviewer: Hoe betrouwbaar is de informatie van het OM dan nog?

Harrie Timmerman: In dit soort situaties is het uiterst onbetrouwbaar.

Bauke Vaastra: Er zijn zoveel dingen verteld die niet waar waren. Noem maar op! Op een gegeven moment begin je zo’n anti-gevoel te krijgen. En dan zeggen ze : Je moet ons vertrouwen! Vertrouwen moet je verdienen! En dat verdien je niet door ons leugens te vertellen en dergelijke.

Henk Mous: Als het zo zijn , en wij hebben op dit moment geen reden om daaraan te twijfelen, dat er nog een tweede Ali zou zijn, en dat er ook niet van de juiste Ali vingerafdrukken en DNA is  afgenomen, dan gaan we daarmee aan de slag. En ik kan u aangeven dat we daarmee al aan de slag zijn.

Inderdaad: Er werd al hard gewerkt aan het dikke leugenrapport “Onderzoek Ali H.” zoals het OM dat, in een ultieme poging om met een mega-leugen en nog groter bedrog de schade te beperken, op haar eigen website met veel aplomb publiceert. In dat rapport wordt overigens gesteld dat de Turkse Ali en de Noorse Ali wel weer twee verschillende personen zijn. In tegenspraak dus met wat Mous eerder stelde.

Interviewer vraagt aan Harrie Timmerman: Nu gaan ze wel opnieuw onderzoek doen, maar ze zeggen: We zijn ervan overtuigd dat we de goeie hebben gepakt. Wat zegt dat over de betrouwbaarheid van het onderzoek dat ze gaan doen?

Harrie Timmerman: Ja dat is geen goede insteek. Dat komt door die houding die man heeft van: Ik weet alles al! Wat je daartegen kunt doen is zeggen: We gaan nu een nieuw team maken die dit aspect van de zaak tot op de bodem gaat uitzoeken.

VO: En zo zijn we weer teurg bij het begin: Een Ali die opgepakt is in Turkije, die de dader niet is, en een Ali uit Kollum. Nog steeds spoorloos.

Bauke Vaatstra: Om met zo’n justitie samen te werken, terwijl ze al acht jaar weten dat het hem niet is, daar kan je niet mee samenwerken. Dan zullen we het wel zelf moeten doen.

Uitzending 8 maart 2010 (slotstuk) met belangrijke verhandeling (Van Koppen en prof Derksen) over DNA-onzin



Presentator: Zo meteen in onze uitzending: DNA. Nieuwe inzichten over DNA in de zaak Vaatstra.  Goedenavond! Er rijzen steeds meer twijfels rond het onderzoek naar de moord op Marianne Vaatstra. Afgelopen weken liet Eén vandaag al zien dat Justitie volgens getuigen het vizier op de verkeerde verdachte heeft gericht. Vandaag staat wederom een belangrijke conclusie van het Openbaar Ministerie ter discussie.   Uit het DNA onderzoek zou volgens het Openbaar Ministerie zijn gebleken dat de dader een West Europese blanke man is. Uit onderzoek van Eén vandaag blijkt nu dat deze bewering geen stand houdt.

Voice over: Wie vermoorde Marianne Vaatstra? Elf jaar geleden werd ze gewurgd en verkracht teruggevonden in een weiland, haar keel doorgesneden. Het enige spoor naar de dader: DNA resten op haar lichaam. Op basis van dat DNA trok Justitie toen één conclusie: Het kan alleen maar een blanke West Europeaan zijn geweest. Nu blijkt dat helemaal niet zo zeker.

Professor Peter van Koppen: De nationaliteit, waar mensen vandaan komen en hun genotype, dat loopt allemaal door elkaar heen. Dus je kan nooit op basis van dit DNA onderzoek zeggen: Wij gaan alleen maar onderzoek doen naar een Nederlander.

Voice over: Het Openbaar Ministerie heeft verkeerde conclusies getrokken uit het DNA onderzoek. De moordenaar van Marianne hoeft niet per se een West Europeaan te zijn. En dat kan in deze moordzaak cruciaal zijn. Want vanaf het begin wijzen veel getuigen naar een nabijgelegen asielzoekerscentrum. Naar een Irakees: 

Professor Ton Derksen: Men ging ervan uit dat asielzoekers geen West Europese genen zouden hebben. Dat is een vooronderstelling die blijkt niet te kloppen. Misschien is het wel redelijk om dat te denken maar in zo’n belangrijke zaak moet je natuurlijk heel voorzichtig zijn en ook rekening met de mogelijkheid houden dat er op één of andere manier gewoon Westerse genen zijn ingeslopen.
Voice over: Terug naar 1999: Medewerkers van het asielzoekerscentrum vertellen de politie dat één bewoner spoorloos is verdwenen. Deze asielzoeker komt ook terug in andere getuigenverklaringen. Eerder in een disco zou hij met een vriend Marianne hebben bedreigd met keeldoorsnijdende bewegingen. De getuigen spreken over een kleine, gedrongen Ali.  Justitie gaat op zoek en houdt ook een Ali aan. Maar deze Ali is slank, lang en getuigen kennen hem niet. Wanneer zijn DNA niet overeenkomt met dat van de dader, is voor Justitie de kous af. Er wordt niet meer gezocht naar een asielzoeker want dat DNA is toch van een Europeaan. Een fout volgens kenners, want zoiets kun je nooit met zekerheid zeggen.

Professor Van Koppen: Je kan zeggen: De kans is iets groter dat het iemand uit Noord Afrika is dan iemand uit West Europa. Of de kans is iest groter dat het iemand uit Ijsland is dan iemand uit Engeland. Het is een hele onverstandige keuze om te zeggen: Het DNA laat zien dat het iemand uit West Europa is, dus we doen alleen maar onderzoek naar een West Europeaan. Heel onverstandig.
Voice over: Hoogleraar Peter van Koppen is niet de enige die vindt dat Justitie te kort door de bocht is gegaan. Ook het Nederlands Forensisch Instituut dat zelf het onderzoek heeft gedaan, geeft een belangrijke nuance: “Er moet altijd rekening worden gehoudn met de mogelijkheid dat iemand met een West Europees DNA profiel niet per se in West europa geboren hoeft te zijn. Hij hoeft niet per se blank te zijn.”

Professor Ton Derksen: DNA is een heel indrukwekkend middel, maar juist daardoor wordt het overschat.  Mensen spreken vaak van een kans van 1 op de miljard dat je ernaast zit. Dat kun je dus verwaarlozen. Maar kijk je naar de feitelijk situatie dan zie je iets totaal anders. Een tijd geleden heeft het NFI-gegevens geopenbaard. Daar bleek in 6000 gevallen dat ze succes hadden gehad, maar blijkt in 30 gevallen dat de politie toch iets anders denkt. In dat geval zit je dus niet op 1 op de miljard maar een foutenkans van 1 op de tweehonderd

Voice over: Conclusie: Niets is uitgesloten. De kleine gedrongen Ali die zo mysterieus verdween na de moord op Marianne, zou dus best de dader kunnen zijn. Maar zoals u dit weekend bij Eén vandaag kon zien is Justitie tot vorige week nooit naar hem op zoek gegaan. Hoe logisch dat ook leek.

Professor Ton Derksen: Je ziet dat ontlastend materiaal gewoon terzijde geschoven wordt. Wanneer er veel getuigen zijn die zeggen dat de persoon die zij kennen, niet de persoon is waar het Openbaar Ministerie het over heeft, dan zou op dat moment het Openbaar Ministerie toch moeten zeggen: Hier klopt iets niet! En op één of ander manier dringt dat dan toch niet door. Dat is het bekende verschijnsel. Als een signalement lijkt, dan is het mooi, maar als het niet lijkt dan wordt er geen consequentie uit getrokken.

Professor Van Koppen: Er is een aantal getuigen dat het OM tegenspreekt. Ze houde stug vol: Er zijn geen fouten gemaakt. Dan zou ik zeggen: Moi, misschien hebben we een fout gemaakt. We denken van niet, maar laten we het even serieus en goed onderzoeken. Dat is toch een nette manier van handelen?

Voice over: De brute moord op Marianne Vaatstra veroorzaakte veel onrust in Noord Oost Friesland. Nog steeds zit men met de vraag: Wie heeft dit op zijn geweten? Een cold case team van twee mensen heeft nog geen begin van een oplossing.

Professor Van Koppen: Nou ja, er is helemaal geen cold case team. U heeft het steeds over een cold case team, maar er zijn twee mannen die in hun vrije tijd af en toe naar deze zaak kijken. Dat wordt in Friesland een cold case team genoemd. Wij in het Westen noemen dat geen cold case team.



http://www.hetverbodendagboek.nl of direct on line  via de beste en grootste boekensite van Nederland: BOL.com

Natuurlijk kunt u uw bestelling ook doen bij de reguliere boekhandel bij u in de buurt of via boekensites als AKO,  CosmoxNRC luxBlz. ,Libris, Paagman , etc. 

1 opmerking:

  1. Ik denk dat deze zaak (Vaatstra) niet louter DNA als bewijsvoering op zn kop kan zetten, maar het gehele rechtssysteem in ons kleine kikkerlandje... Ik voorzie een explosief boek in het schrijven van Dankbaar en Mauritz.

    BeantwoordenVerwijderen